Brugge

De Morgen: ‘De bevolking in de steden stijgt al jaren, het aantal kinderen ook.’

Vlaams Parlementslid Mercedes Van Volcem (Open Vld) vindt dat de regering-Peeters dringend een tandje moet bijsteken om haar beleid af te stemmen op de realiteit. Lees hier het interview en het artikel uit de krant De Morgen van dinsdag 26 maart 2013.

Jongeren en jonge gezinnen kiezen opnieuw voor de stad?

Van Volcem: “Ik vind dat een heel positieve evolutie. Alleen is het beleid van de Vlaamse regering hier niet op afgestemd. De bevolking in de steden stijgt al jaren, het aantal kinderen ook. Neem nu Antwerpen, daar kwamen in een decennium tijd 56.000 inwoners bij. Dat is een groei die ongeveer gelijk staat met een kleine centrumstad. Maar toch heeft niemand eraan gedacht meer plaatsen voor kinderopvang te voorzien of extra scholen te bouwen.”

Zijn die evoluties dan zo makkelijk in te schatten?

“Er worden projecties gemaakt om te kijken hoe de bevolkingsaangroei in elke stad gaat evolueren. Jammer genoeg blijken die projecties niet te kloppen. Vaak worden de evoluties onderschat of zijn ze compleet verkeerd. Dan is het natuurlijk moeilijk om je beleid erop af te stemmen. “Neem het woonbeleid. Als je weet dat de bevolking gaat groeien moet je het woningaanbod kunnen uitbreiden. Dat betekent niet dat alles moet worden volgebouwd, maar dat je slim moet omgaan met beschikbare ruimte. Dat je moet nadenken over hoe je omgaat met stadskankers, dat je moet inzetten op hoger bouwen. Hiervoor moet je alles wel tijdig plannen. Een groot woonproject uitwerken vergt immers jaren.”

Enkel Antwerpen, Gent, Leuven en Mechelen slagen erin jonge gezinnen te houden. Brugge, uw stad, verloor 15 procent?

“Brugge heeft het grote probleem dat het geen universiteit heeft. Studenten blijven er dus niet spontaan hangen. De meeste jobcreatie gebeurt ook in de Vlaamse ruit tussen Antwerpen, Gent, Leuven en Mechelen. Een andere factor die meespeelt is dat Brugge een heel witte stad is. In steden die sneller verkleuren, ligt de bevolkingsaangroei doorgaans ook hoger.”

Antwerpen, Gent, Leuven en Mechelen kregen er duizenden twintigers en gezinnen bij

De totale netto-aangroei van de jonge gezinnen in de stad is zelfs hoger dan die van de twintigers

Twintigers gaan steeds vaker in de Vlaamse steden wonen. Ook bij jonge gezinnen is de stadsvlucht gestopt. Die evolutie vindt bijna integraal plaats in Antwerpen, Gent, Leuven en Mechelen. Brugge verloor het voorbije decennium 15 procent jonge gezinnen.

Van de jaren 70 tot 90 zagen de steden massaal inwoners wegtrekken naar het platteland. Die grote stadsvlucht is al even voorbij. In vergelijking met 2000 groeide de bevolking in de dertien Vlaamse centrumsteden. De kleinste groeiers waren Kortrijk en Brugge met respectievelijk 0,6 en 0,8 procent. Antwerpen en Leuven lieten met 16,6 en 10,9 procent de grootste groei optekenen. Het aantal twintigers dat in de stad woont, nam in dezelfde periode eveneens toe. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams Parlementslid Mercedes Van Volcem (Open Vld) opvroeg bij minister van Wonen Freya Van den Bossche (sp.a). Al geldt die evolutie niet voor alle steden.

Succesverhalen

In totaal was er tussen 2000 en 2012 een netto-aangroei van 24.686 jongvolwassenen in de centrumsteden. Negen steden gingen vooruit, maar het overgrote deel van de stijging is geconcentreerd in vier ervan: ruim 14.000 in Antwerpen (+25%), bijna 7.000 in Gent (+21%), 3.374 in Leuven (+22%) en 1.388 in Mechelen (+14%). Hasselt en Oostende gingen licht achteruit. In Brugge (-8%) en Genk (-7%) was die terugval substantieel. Als de reële bevolkingsevolutie wordt vergeleken met de prognoses die door de overheid werden opgesteld, dan blijkt dat de stijging van het aantal twintigers in de meeste steden hoger ligt dan geraamd. Vooral voor Antwerpen, Gent en Leuven bleken de prognoses een onderschatting. In Hasselt en in mindere mate in Mechelen was er een overschatting. De tendens dat twintigers die in Antwerpen, Gent, Leuven of Mechelen hebben gestudeerd er gemakkelijk blijven plakken, is al even aan de gang. Maar zodra die jongvolwassenen kinderen kregen, trokken ze weg. Die vorm van stadsvlucht blijkt nu echter ook te zijn gestopt. Als gekeken wordt naar de jonge gezinnen (30-39 jaar en 0-9 jaar) ligt de totale netto-aangroei nog hoger dan bij de twintigers. Al gaat er achter die toename (+25.868) een heel divers beeld schuil. Slechts zes steden slagen erin jonge gezinnen te houden. Ook hier zijn Antwerpen (+22%), Gent (+14%), Leuven (+8%) en Mechelen (+6%) succesverhalen. Sint-Niklaas en Hasselt bleven min of meer status quo. Genk, Kortrijk en Oostende verloren elk ruim 10 procent jonge gezinnen. Brugge spant de kroon met een daling van 15 procent. Ook hier is de toename van jonge gezinnen vaak hoger dan in de bevolkingsprognoses naar voren werd geschoven. Stadsgeograaf Maarten Loopmans (KU Leuven) bestudeert onder meer de Antwerpse bevolkingsstromen. “Eigenlijk zijn er twee grote vormen van migratie naar de steden”, klinkt het. “Een eerste is binnenlandse migratie. Het gaat niet alleen om studenten die ergens blijven hangen. Maar ook om jongeren die naar steden trekken waar ze een job hebben gevonden of waar er wat te beleven valt.” Daarnaast zijn deze evolutie volgens Loopmans typische illustraties van buitenlandse migratie. “Wie naar het buitenland verhuist, doet dat doorgaans ergens als hij tussen 20 en 35 jaar is. Dat zijn ook mensen die kinderen krijgen. Het is niet toevallig dat die mensen voor Antwerpen, Gent, Leuven en Mechelen kiezen. Dat zijn de steden die het meest internationaliseren.”

Groene rand

De stadsgeograaf merkt op dat er weliswaar meer mensen blijven hangen in de steden. Maar om nu te zeggen dat de stadsvlucht van jonge gezinnen volledig is stilgevallen, lijkt hem een brug te ver. “Op het moment dat ze kinderen krijgen, ruilen vooral jonge Belgische gezinnen nog altijd vaak de stad in voor de groene rand.” Hoe dat de volgende jaren zal evolueren, hangt volgens Loopmans af van zaken zoals de economische crisis of de manier waarop de overheid omgaat met de woningmarkt. “Als er stimuli komen om mensen in de stad te houden, dan zie je dat dat effect heeft. Tegelijk wordt in het groen wonen steeds onbereikbaarder. De percelen bouwgrond worden kleiner en ook buiten de steden worden steeds vaker appartementen gebouwd. Dan kiezen mensen uiteindelijk makkelijker voor een appartement in de stad, dan voor een appartement in de rand.”