Beleid Beleid Ruimtelijke ordening Stadsvernieuwing Wonen

Bevolkingsprognose Brugge geeft opmerkelijke resultaten

Hoe zal de bevolking van Brugge samengesteld zijn in 2030? De studiedienst van de Vlaamse regering publiceerde onlangs de projecties en cijfers van de Vlaamse Gemeenten. Schepen van Wonen Mercedes Van Volcem(Open Vld) berekende en interpreteerde enkele markante Brugse cijfers. Opmerkelijk is onder andere de snelle vergrijzing en verzilvering van de Brugse bevolking en het lage geboortecijfer.

Om te duiden vergelijkt Van Volcem de cijfers met andere steden als Antwerpen, Kortrijk en Gent en duidt ze op enkele uitdagingen voor het beleid.


Aantal inwoners

In het Vlaamse Gewest zal de bevolking stijgen tot 6,6 miljoen inwoners tegen 2030, een stijging met ongeveer 7% ten opzichte van 2008. In 9 op de 10 gemeenten wordt een aangroei verwacht van de bevolking in de eerstkomende jaren.

In Brugge wordt tegen 2030 een daling van het aantal inwoners verwacht. Van 117 058 inwoners in 2011 zal Brugge evolueren naar 114 392 inwoners in 2030. Dit betekent een daling van het aantal inwoners met zo’n 2,2 procent.

Voor Antwerpen en Gent is de aangroei resp. 15 en 8%. De bevolkingscijfers van Kortrijk en Leuven blijven nagenoeg constant. De bevolking van Kortrijk en Leuven groeit in de periode 2010 – 2030 aan met minder dan 1%. Opmerkelijk is dat in Leuven de bevolking de eerste jaren toeneemt tot 4,6% in 2020 maar daarna stelselmatig terug afneemt.
Geboortes

Uit de projecties blijkt dat het aantal geboortes op korte termijn stijgt en op lange termijn zal dalen in Brugge. Anno 2008 waren er 1137 geboortes in de Werelderfgoedstad. Tot 2016 stijgt het aantal geboortes tot 1177, waarna het terug een daling inzet. In 2020 wordt het aantal geboortes geschat op 1097. Terwijl men tien jaar later (2030) zo’n 987 geboortes verwacht.

Dit verklaart deels de daling van de bevolkingcijfers. Het ander deel wordt verklaard door hoger voorspelde emigratie dan immigratie doorheen de jaren.

[Vergelijking] In Kortrijk stijgt het aantal geboortes ook tot rond 2016. Van 849 in 2008 tot 922 in 2016. Daarna zakken de geboortes tot 756 in 2030.

Gent kent eenzelfde tendens. Van 3407 geboortes in 2008 naar een maximum geboortes van 3969 in 2016. Daarna zien we een dalende trend tot 3360 geboortes in 2030.Leuven kent reeds vroeger haar geboortetop, meer bepaald in 2014 (1473 geboortes). Tegen 2030 zouden deze dan aanzienlijk dalen tot 1082 geboortes. Toch nog steeds meer dan Brugge.

Aantal geboortes per inwoner

Opmerkelijk is dat alle vergelijkende steden relatief gezien een pak meer geboortes tellen per inwoner dan Brugge. In 2008 werd er bijvoorbeeld in Kortrijk per 87 inwoners een kind geboren, terwijl dat in Brugge in 2008 1 kind per 105 inwoners was. In Antwerpen was dat per 63 inwoners 1 kind. Per kind dat geboren werd telt Gent bijna 70 inwoners (69,6) en in Leuven is dat cijfer 72,5.

In vergelijking met het aantal inwoners worden er dus zeer weinig Bruggelingen geboren.

Wat brengt de toekomst? In Brugge voorspelt men voor 2030 nog slechts 1 geboorte per 115 inwoners. In Antwerpen zou er in 2030 per 68 inwoners één kind geboren worden. En in Kortrijk zou dat 1 geboorte per 98 inwoners zijn. In Leuven zou de ratio 1 geboorte per 87 inwoners zijn en in Gent 1 geboorte per 76 inwoners.

Peuters en kleuters

Bijgevolg wordt een paar jaar later een toename van peuters en de lagere schoolbevolking verwacht (5-jarigen).

De instroom in het lager onderwijs zal – in lijn met de verwachte evolutie van het aantal peuters – eerst toenemen, van 62.600 kinderen in 2008 naar 73.600 in 2020 (+18%). Nadien wordt, net zoals bij de peuters, een geleidelijk daling van die instroom verwacht.

De stijging loopt in Brugge gelijk met het aantal geboortes. Er is maar weinig sprake van immigratie/emigratie van 5-jarigen. In 2008 (referentiejaar) waren er 1054 vijfjarigen. Dit schommelt gedurende een hele poos tussen de 1000 en 1100. In 2020 voorspelt men het meest aantal vijfjarigen (1102) in Brugge. Dit betekent concreet een stijging van 4,5% van 2008 tot 2020. Na 2020 nemen de vijfjarigen gestaag af tot 978 in 2030.

“Dergelijke projecties zijn belangrijke informatie bij het uitstippelen van het beleid inzake kleuter en basisonderwijs in onze stad.” verduidelijkt Van Volcem.

Opnieuw is er een grote variatie tussen de gemeenten. In de meeste gemeenten wordt een stijging van het aantal vijfjarigen verwacht. Verwachte topgroeiers op korte termijn zijn Antwerpen (+47% tussen 2008 en 2020) en Gent (+40%).

Toenemende vergrijzing

Het aantal 65-plussers in het Vlaams Gewest zal naar verwachting toenemen, van 1,10 miljoen in 2008 over 1,34 miljoen in 2020 naar 1,58 miljoen in 2030 (+44%). In alle gemeenten wordt een toename verwacht.

In 2008 was 20,4% van de Brugse bevolking ouder dan 65 jaar. Twaalf jaar later, in 2020 verwacht men dat 24,2% van de bevolking ouder is dan 65 jaar. In 2030 zal dit verder oplopen tot 28,3% van de Brugse bevolking.

In absolute cijfers zal het aantal Brugse 65+ers stijgen van 23926 (2008) naar 32461 mensen in 2030. Dit is een stijging van 35,6 procent.

“Dit brengt ons tot heel wat uitdagingen. Ik denk bijvoorbeeld aan het Woonbeleid, die we beter zullen moeten afstemmen op de behoefte van ouderen.” stelt schepen Van Volcem bij de cijfers die ze berekende.

Terwijl Kortrijk momenteel hetzelfde vergrijzingsniveau kent als Brugge, zal het toch minder snel ‘vergrijzen’:

Kortrijk: 2008: 65+ : 20,4% ; 2020: 65+ ; 22,2% ; 2030: 65+ ; 25,3%
(aandeel 65+/totale bevolking)

In Antwerpen (+13%) en Gent (+18%) wordt een eerder lichte stijging verwacht van het aantal 65+ers. In Antwerpen slaat de vergrijzing dus het minst toe. Hoewel er meer 65+ers bijkomen in 2030 (+13%) blijven deze eenzelfde aandeel uitmaken van de bevolking door de algemene bevolkingsgroei in de stad.

Antwerpen: 2008: 65+ : 18,4%  ;  2020: 65+ ; 16,6% ; 2030: 65+ ;  18,1%
(aandeel 65+/totale bevolking)

Gent: 2008: 65+ : 17,3%  ;  2020: 65+ ; 16,6% ; 2030: 65+ ;  18,8%
(aandeel 65+/totale bevolking)

Leuven: 2008: 65+ : 16,4%  ;  2020: 65+ ; 17,6% ; 2030: 65+ ;  21,2%
(aandeel 65+/totale bevolking)

Toenemende verzilvering

In het bijzonder wordt een sterke toename van het aantal oudste ouderen (bevolking van 80 jaar en ouder) verwacht. Voor het Vlaamse Gewest is de prognose dat hun aantal stijgt van 289.000 in 2008 over 400.000 in 2020 naar 472.000 in 2030 (+63%). Daarmee stijgt ook het aandeel van 80-plussers in de totale bevolking: van 4,7 in 2008 naar 7,1 procent in 2030.

Het aantal 80+ers stijgt zienderogen in Brugge. Van 2008 tot 2030 is er een concrete stijging van 55%. Een pak meer in vergelijking met de grootsteden Antwerpen en Gent.

In Brugge was 5,7% van de bevolking in 2008 ouder dan 80 jaar. Concreet gaat het om 6692 mensen. Dit aantal stijgt in 2020 tot 8948 of 7,6% van de Brugse bevolking. In 2030 zouden 10384 mensen (9%) ouder zijn dan 80 jaar.

“Er is sprake van een zeer sterke verzilvering in Brugge. Dit gaat gepaard met een hoge nood aan zorgfaciliteiten.” Aldus Van Volcem.

In Kortrijk stijgt het aantal 80+ers met 43,2%.
2008: 80+ : 6 % van de bevolking ; 4444 mensen
2020: 80+ ; 7,7 % van de bevolking ; 5868 mensen
2030: 80+ ; 8,5 % van de bevolking ; 6366 mensen

De grootsteden Antwerpen (+10%) en Gent (+16%) anderzijds vertonen naar verwachting slechts een bescheiden aangroei van het aantal 80-plussers. In Leuven is de verwachte stijging van 80+ van 2008 naar 2030 ongeveer 27,3%.

Huishoudens

Voor het Vlaams Gewest stijgt naar verwachting het totaal aantal private huishoudens, van 2,58 miljoen naar 2,82 miljoen in 2020 en tot 2,91 miljoen in 2030 (+13%).

In Brugge waren er anno 2008 (referentiejaar) 51 776 huishoudens. In 2020 worden er 53.799 huishoudens verwacht en in 2030 zelfs 54 010. Concreet is dit in 2030 een stijging van 4,3% van het aantal huishoudens in vergelijking met 2008. De stijging vindt voornamelijk plaats de komende 10 jaar. (2010-2020)

Kortrijk:
2008: 32 087  ; 2020: 33 726 ; 2030: 33 813 (+5,3 % i.v.m. 2008)

Antwerpen:
2008: 225 486 ; 2020: 250 061 ; 2030: 253 829 (+ 12,5 % i.v.m. 2008)

Leuven:
2008: 45 382 ; 2020: 48 019 ; 2030: 47 098 (+ 3,8 % i.v.m. 2008)

Gent:
2008: 225 486 ; 2020: 250 061 ; 2030: 253 829 (+ 8,8% i.v.m. 2008)

Brugge kent op Leuven na het laagste stijgingspercentage van het aantal huishoudens.

Aantal 1- en 2 persoonshuishoudens

Er wordt vooral een sterke toename verwacht bij 1- en 2- persoonshuishoudens. Bij de 1-persoonshuishoudens evolueren de aantallen volgens verwachting van 769.608 in 2008 tot ongeveer 886.000 in 2020 en tot bijna 950.000 in 2030 in het Vlaamse Gewest.

Grotere huishoudens vertonen de tendens te verminderen in aantal. Ook wat dit onderwerp betreft is sprake van een grote lokale diversiteit.
Brugge volgt de tendens dat het aantal huishoudens met 1 en 2 personen toeneemt en het aantal huishoudens met meer dan 2 personen afneemt de komende decennia. Dit geldt eveneens in relatieve cijfers (procenten).

1 persoon huishouden:

2008: 17.697  (= 34,1% totale huishoudens) ; 2020: 19 515 (= 36,2% v. totale huishoudens) ; 2030: 20 374 (= 37,7% v. totale huishoudens)

2 persoon huishouden:

2008: 17.984 (34,7 % totale huishoudens) ; 2020: 19384 (36% totale huishoudens) ; 2030: 19799 (36,6% totale huishoudens)

3 – 4 – 5 – 6+ persoons huishouden (samengeteld)

2008: 16.095 huishoudens (31% van de huishoudens) ; 2020: 14900 huishoudens (27,6%) ; 2030: 13 837 huishoudens (25,6%)

In vergelijking met Antwerpen, Gent en Leuven telt Brugge relatief weinig 1 persoonshuishoudens en een pak meer 2 persoonshuishoudens. Ook in de toekomst blijft dit de tendens. Kortrijk en Brugge kennen een gelijkaardig verloop op vlak van het aantal huishoudens. Brugge telt procentueel gezien het meest aantal 2 persoonhuishoudens op de totale aantal huishoudens.   (Cijfers zie Bijlage).

Sterke toename van alleenwonenden bij 80-plussers

Relatief is de toename van het aantal alleenwonenden het sterkst bij de oudste ouderen, d.w.z. de leeftijdsgroep die 80 jaar of ouder is. In die groep is sprake van een verwachte toename van 115.000 in 2008 tot ruim 195.000 tegen het einde van de projectieperiode (zij het onder hypothese dat de opvang in collectieve woonzorgcentra constant blijft).

In Brugge waren er in 2008 zo’n 2906 alleenwonende 80+ers.  Er van uit gaande dat het aantal opvangplaatsen in collectieve woonzorgcentra op hetzelfde peil blijven zal dit aantal stijgen tot 4157 in 2020 en tot 4941 in 2030.

“Het gaat om een stijging van 43% in twaalf jaar tijd (2008-2020). Dit betekent een zeer grote uitdaging voor het woonzorgbeleid voor de oudste ouderen.” Besluit Van Volcem.

Vergelijking aantal 80+ers:

Gent:  2008: 5437 ;  2020: 6037 ;   2030 : 6403 (stijging met 15,1% tss 2008 – 2030)

Leuven: 2008: 1893  ; 2020: 2478 ; 2030: 2670 (stijging van 41,1% tss 2008 – 2030)

Mercedes Van Volcem is schepen van Huisvesting in Brugge. Ze is tevens Vlaams Parlementslid en zetelt in de commissie Woonbeleid.

Contact: 0496 16 63 92

Bijlage 1: Cijfers Huishoudens

Kortrijk:

1 persoonshuishouden

2008: 11 141 (34,7% van totale # huishoudens) ; 2020: 12 270 (36,4 % totale # huishoudens) ; 2030: 12 616 (37,3 % totale # huishoudens)

2 persoonshuishoudens

2008: 10 673 (33,2 % totale # huishoudens) ; 2020: 11 321 (33,5 % van totale # huishoudens) ; 2030: 11 480 (33,9 % van totale # huishoudens)

3,4,5,6 +  huishoudens

2008: 10 273 (32% van totale # huishoudens) ; 2020: 10 135 (30% van totale # huishoudens) ; 2030: 9 718 (28,7 % van totale # huishoudens)

Antwerpen:

1 persoonshuishouden:

2008: 103 165 (45,7% van totale # huishoudens) ; 2020: 112 053 (44,9 % totale # huishoudens) ; 2030: 113 478 (44,7 % totale # huishoudens)

2 persoonshuishoudens:

2008: 64 359 (28,5% van totale # huishoudens) ; 2020: 69 921 (27,9% van totale # huishoudens) ; 2030: 72 306 (28,4 % van totale # huishoudens)

3,4,5,6 +  huishoudens

2008: 57 692 (25,7% van totale # huishoudens) ; 2020: 68 087 (27,2% van totale # huishoudens) ; 2030: 68 045 (26,8 % van totale # huishoudens)

Gent:

1 persoonshuishouden

2008: 50133 (43,99 % van totale # huishoudens) ; 2020: 54 550 (44,08 % totale # huishoudens) ; 2030: 55  019 (44,4 % totale # huishoudens)

2 persoonshuishoudens

2008: 33 814 (29,7 % totale # huishoudens) ; 2020: 36 472 (29,5 % van totale # huishoudens) ; 2030: 37 283 (30 % van totale # huishoudens)

3,4,5,6 +  huishoudens

2008: 30 005 (26,3 % van totale # huishoudens) ; 2020: 32 735 (26,5 % van totale # huishoudens) ; 2030: 31 622 (25,5 % totale # huishoudens)

Leuven:

1 persoonshuishouden

2008: 21 639 (47,7 % van totale # huishoudens) ; 2020: 22 953 (47,8 % totale # huishoudens) ; 2030: 22 713 (48,2 % totale # huishoudens)

2 persoonshuishoudens

2008: 12 439 (27,4 % totale # huishoudens) ; 2020: 13 444 (28 % van totale # huishoudens) ; 2030: 13 643 (29 % van totale # huishoudens)

3,4,5,6 +  huishoudens

2008: 11 304 (24,9% van totale # huishoudens) ; 2020: 11 622 (24,2 % van totale # huishoudens) ; 2030: 10 742 (22,8 % van totale # huishoudens)