Tag: Vlaams Parlement

Vlaams Parlement

Vlaamse Regering ontving ruim 2,7 miljard euro aan registratierechten in 2022

De Vlaamse Regering mocht in 2022 ruim 2,5 miljard euro aan registratierechten ontvangen. Daarbij kwam ook nog eens 1,6 miljard euro aan erfbelasting en 463 miljoen aan schenkbelasting (roerend en onroerend). Dat blijkt uit het antwoord van minister Diependaele op mijn schriftelijke vraag.

Vlaamse Regering ontving ruim 2,5 miljard euro aan registratierechten in 2022

De ontvangsten van registratierechten van vastgoed voor 2022 zijn licht gedaald ten opzichte van 2021. Minister Diependaele wijdt dit aan het uitstel- of anticipatiegedrag om te kunnen genieten van de meest voordelige, fiscale optie. Sinds 2022 wijzigden de tarieven namelijk. 2022 moet echter worden beschouwd als een overgangsjaar. Er dient rekening gehouden te worden met het feit dat kopers van een enige eigen woning in het najaar van 2021 het verlijden van de authentieke aankoopakte hebben uitgesteld naar 2022. Bovendien vielen koopovereenkomsten onder het algemene tarief die vóór 1 januari 2022 zijn gesloten, nog onder het tarief van 10%, zelfs als de authentieke akte pas wordt verleden vanaf 1 januari 2022.

Lees hieronder mijn vraag en het antwoord van de minister:

Vlaams Parlement

Evolutie woning- en huurprijzen

Deze morgen was er opnieuw een hoorzitting in het Vlaams Parlement over de evolutie van de woning- en huurprijzen in Vlaanderen. Verschillende experts kwamen hun inzichten toelichten.

De gemiddelde huurprijzen en de prijzen voor het verwerven van een woning zijn de jongste jaren aanzienlijk gestegen. Hierover hielden we in het Vlaams Parlement al verschillende malen een hoorzitting. Ook vandaag kwamen Frank Vastmans van de KU Leuven en het Steunpunt Wonen, Geert Langenus en Peter Reusens van de Nationale Bank van België, Jan Sap van Fednot, Bart Van Opstal van Notaris.be, en Pieter Decelle van CIB Vlaanderen hun bevindingen hierover toelichten.

Prijsevolutie

De Vlaamse woningmarkt staat onder druk. Stijgende rentevoeten als gevolg van de hoge inflatie zorgen voor een afkoeling van de koopmarkt met als gevolg dat mensen langer op de huurmarkt blijven. Het aanbod op die huurmarkt blijkt echter onvoldoende en te weinig divers.

Een gemiddelde huurwoning kost maandelijks zo’n 887 euro. Dat is een stijging van 1,8 procent tegenover 2021. Appartementsprijzen waren dit jaar gemiddeld 753 euro. Een stijging van 4,5 procent tegenover een jaar eerder. In centrumsteden gaf dit onderstaande evolutie voor appartementen.

Evolutie woning- en huurprijzen

Het aandeel appartementen in de Vlaamse huurmarkt klokte in 2022 af op 71,7% volgens de cijfers van het CIB.

Leeftijd huurder naar woningtype

Jongeren hebben het nog steeds moeilijk, maar zijn daarom niet minder aanwezig koopmarkt. Integendeel. Ze ageren sneller op de koopmarkt om een stijging van de hypothecaire rente voor te zijn. Investeerders daarentegen wachtten sinds de oorlog in Oekraïne eerder af waardoor jongeren opnieuw aan marktaandeel winnen.

Uit onderstaande grafiek valt ook op te maken dat oudere mensen steeds vaker kiezen om de woning te verlaten en opnieuw in een appartement in de stad te gaan wonen. Ook jongeren starten almaar vaker in een appartement om dan op latere leeftijd door te groeien naar een woning.

Evolutie woning- en huurprijzen

De looptijd van hypothecair krediet neemt toe. De afbetalingslast wordt op die manier gespreid over een langere periode.

Ik blijf dit thema verder opvolgen.

Vlaams Parlement

Verschil sociale huurprijzen en private huurprijzen te groot

Vandaag bedraagt de gemiddelde sociale huurprijs 334 euro per maand. Op de private markt is dat 887 euro per maand. Een sociale huurder geniet dus een sociaal voordeel van ongeveer 550 euro per maand tegenover kandidaat-huurders die genoodzaakt op de private markt moeten huren.

Het inkomen van de sociale huurder bepaalt grotendeels de sociale huurprijs. Hiervoor wordt gekeken naar het inkomen van de huurders en alle meerderjarige gezinsleden (met uitzondering van meerderjarigen die nog kinderbijslaggerechtigd zijn). Daarnaast speelt ook de energiezuinigheid van de woning en het aantal personen ten laste een belangrijke rol. Jaarlijks wordt de sociale huurprijs op 1 januari aangepast.  

De gemiddelde sociale huurprijs bedraagt vandaag 334 euro per maand. Op de private markt is dat 887 euro per maand. Een sociale huurder geniet dus een sociaal voordeel van ongeveer 550 euro per maand tegenover kandidaat-huurders die op de private markt huren. Wie werkt betaalt in huidig systeem echter méér huur. Dat is niet de bedoeling.

In zijn antwoord bevestigt de minister mijn originele stelling. Hij is het er ook mee eens dat wie gezond is en kan werken, dat moet doen. Sinds 1 januari 2023 geldt dan ook dat sociale huurders die niet beroepsactief zijn, maar wel arbeidspotentieel hebben, zich moeten inschrijven bij de VDAB.

Sociale huurprijzen tegenover private huurprijzen

In 2020 paste de minister de sociale huurprijzen beperkt aan voor volwassenen met een handicap die in een sociale woning woonden, maar ook hoofdhuurders die een kind met een beperking hebben. Om het onrechtvaardig verschil tussen de gemiddelde sociale huurprijzen en de gemiddelde private huurprijzen te begrenzen, stelde ik de minister een schriftelijke vraag.

Lees hier mijn vraag aan de minister:

Lees hier het antwoord van de minister:

Vlaams Parlement

Een derde sociale huurders is gepensioneerd

Het aantal gepensioneerden in een sociale woning is in tien jaar tijd met 10.000 toegenomen. Dat blijkt uit een schriftelijke vraag die ik stelde aan het adres van Vlaams minister van wonen Matthias Diependaele.

De Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW) stelt jaarlijks cijfers ter beschikking over de achtergrond van sociale huurders en kandidaat-huurders. Zo worden beide groepen onderverdeeld naargelang van leeftijd, aantal gezinsleden, nationaliteit (Belg, EU, niet-EU), inkomen, huurprijs en geslacht. De VMSW houdt echter géén cijfers bij over de activiteitstatus van de sociale huurder (tewerkgesteld, pensioen, werkloos, ziek/arbeidsongeschikt. Dat is nochtans belangrijk want een sociale woning mag werken niet afremmen!

Ik stelde de minister hierover enkele schriftelijke vragen. Uit het antwoord blijkt dat het aantal gepensioneerden in Vlaanderen de laatste 10 jaar met 10.000 is toegenomen. De minister kon evenmin als de VMSW een overzicht bieden van de activiteitstatus van sociale huurders. Daarom peilde ik naar de arbeidsgeschikte leeftijd. De verdeling tussen gepensioneerden en huurders met een arbeidsgeschikte leeftijd ligt op 37 procent – 63 procent. Van de sociale huurders met arbeidsgeschikte leeftijd wonen er 35.631 in centrumsteden. Hierbij moet echter de kanttekening gemaakt worden dat Vlaanderen 35.169 (1/5e) sociale huurders met een handicap huisvest , die mogelijks arbeidsongeschikt zijn.

Een derde sociale huurders is gepensioneerd

Lees hier mijn vraag aan de minister:

Lees hier het antwoord van de minister:

Vlaams Parlement

Wie wil werken, denkt beter niet aan de huurpremie

Momenteel staan meer dan 182.000 mensen op de wachtlijst om een sociale woning te huren. De wachttijd bedraagt inmiddels gemiddeld meer dan vier jaar. Mensen met een heel laag inkomen die al vier jaar of langer wachten op een sociale woning en een private huurwoning huren met een huurcontract, komen in aanmerking voor een maandelijkse huurpremie. Uit een schriftelijke vraag van Mercedes Van Volcem (Open Vld) aan het adres van minister Diependaele blijkt nu dat het aantal stopzettingen van de huurpremie als gevolg van een te hoog inkomen tussen 2020 en 2021 meer dan verdubbeld is. “Een slecht signaal voor wie wil werken”, klikt het uit liberale hoek.

De huurpremie hangt af van het inkomen, de grootte van het gezin, de ligging en de huurprijs van de woning. Maximaal bedraagt premie in 2023 zo’n 177,24 euro. Dat bedrag wordt verhoogd met 29,54 euro per persoon ten laste tot een maximum van 4 personen ten laste. Een aantal steden zien de maximale huurpremie stijgen tot 194,96 euro omdat de huurprijzen er betrekkelijk hoger liggen. In West-Vlaanderen gaat het bijvoorbeeld over steden als Brugge, Kortrijk, Oostende en Roeselare. In Limburg gaat het over de steden Genk en Hasselt.

“De huurpremie is voor velen een belangrijke steun om het hoofd boven water te kunnen houden in afwachting van een sociale woning. Een te hoge huurprijs of net teveel verdienen kan echter betekenen dat jouw huurpremie wordt stopgezet. Dat het aantal stopzettingen afgelopen jaar verdubbeld is, is nefast voor wie wil werken. Ook voor zij die wél al een sociale woning betrekken. Wie meer verdiende in 2021 ten opzichte van het voorgaande jaar, zag zijn huurprijs toenemen”, stelt Mercedes Van Volcem.

Volgens de cijfers van minister Diependaele waren er in 2021 zo’n 22.518 sociale huurders waarvan de huurprijs steeg omwille van het gestegen inkomen. Wat de stopzettingen betreft met als oorzaak een te hoog inkomen, gaat het in 2021 over 941 gevallen. In 2020 lag dit aantal nog op 462 stopzettingen.

Lees hier mijn vragen aan de minister:

Vind hier het antwoord van de minister:

Vlaams Parlement

Uitrol van laadinfrastructuur in Vlaanderen op kruissnelheid

Ruim 20.000 (semi-)publieke laadpalen telde de Vlaamse laadinfrastructuur eind 2022 en elke dag komen er nog nieuwe bij. Dat blijkt uit de cijfers die Mercedes Van Volcem (Open Vld) opvroeg bij Vlaams minister van Mobiliteit & Openbare Werken Lydia Peeters. “In 2016 waren er naar schatting zo’n 430 publieke laadpunten in Vlaanderen. Dat aantal is sindsdien fors toegenomen”, stelt Van Volcem. De Vlaamse Regering sprak eerder de ambitie uit om tegen 2025 zo’n 35.000 laadequivalenten te realiseren.

Evolutie

In 2016 telde Vlaanderen nog 430 publieke laadpunten. Ondertussen groeide dit aantal aan tot ruim 20.000 laadpunten. Antwerpen (5.762), Oost-Vlaanderen (4.583) en West-Vlaanderen (4.234) zijn de provincies met het grootste aantal laadpunten. Het betreft zowel publieke als semipublieke laadpunten die zich op het openbare domein bevinden of op plaatsen waarbij een rechtspersoon een zakelijk recht heeft op een deel van het openbaar domein. We denken dan bijvoorbeeld aan parkings van supermarkten, sportterreinen, tankstations, bedrijventerreinen en soortgelijke plaatsen. Ten opzichte van 2021 gaat het over een stijging van 68 procent.  

De minister deed ondertussen ook een oproep om laadpunten te voorzien voor lichte vracht. De laadpalen zijn gelijkaardig aan die voor personenwagens, maar hebben een veel hoger vermogen en bij de inrichting van de parkeerplaatsen moet rekening gehouden worden met de grootte van de voertuigen. De Vlaamse Regering voorziet hiervoor 5 miljoen euro met een maximum van 1.000 euro per CPE. Dit betekent dat er maximaal 5.000 CPE gerealiseerd zullen worden.

Blijven investeren

Vandaag rijden er zo’n 90.000 elektrische voertuigen rond in België. Dat aantal zal de komende jaren aanzienlijk toenemen, want vanaf 2029 moeten alle nieuwe wagens elektrisch zijn. Daarover bereikte de Vlaamse Regering overeenstemming in het Vlaamse klimaatakkoord. Het  blijft dus ook groot belang om te blijven investeren in nieuwe laadinfrastructuur. “Bij de snelheid van de uitrol van laadpalen wordt er voortdurend rekening gehouden met de grootte van de vloot aan elektrische voertuigen. Bovendien is de uitrol op het openbare domein deels vraaggestuurd en dus gekoppeld aan de elektrische voertuigen”, kon minister Peeters antwoorden op de vraag of we voorbereid zijn op een plotse stijging van het aantal elektrische wagens op Vlaamse wegen.

Wat betreft het elektriciteitsnet is er met de huidige aantallen op het elektriciteitsnet geen probleem, behalve dat het beter zou zijn dat er overal een 400V-net zou liggen. Om de toekomstige situatie aan te kunnen, heeft Fluvius een investeringsprogramma opgemaakt dat rekening houdt met een verregaande elektrificatie. Hierbij is gebruik gemaakt van de prognoses van de Vlaamse overheid met betrekking tot de vergroening van voertuigen. 

“We zijn al ver gekomen en Vlaanderen trapt echt op het gaspedaal om de elektrificatie van het wagenpark te faciliteren. Er ligt echter nog een hoop werk op de plank om de ambities uit het klimaatakkoord waar te maken. We moeten erover waken dat het aantal de uitrol van de laadinfrastructuur voldoende snel gebeurt en dat het aantal laadpunten altijd afgestemd is op het aantal elektrische voertuigen in Vlaanderen”, sluit Mercedes Van Volcem nog af.

Lees hier mijn vraag aan de minister:

Lees hieronder het antwoord van de minister:

Brugge Vlaams Parlement

Sint-Salvatorskathedraal krijgt opfrisbeurt

De Sint-Salvatorskathedraal krijgt met steun van Vlaanderen een opfrisbeurt. De Vlaamse Regering heeft hier zo’n 94.000 euro voor veil.

Sint-Salvatorskathedraal krijgt opfrisbeurt

Voor werken aan beschermd onroerend erfgoed, goederen in de overgangszone bij beschermd erfgoed en goederen in een erfgoedlandschap kunnen lokale besturen een erfgoedpremie aanvragen. De premie geldt voor maatregelen, werken of diensten die noodzakelijk zijn voor het behoud of de herwaardering van erfgoedkenmerken en -elementen van beschermd onroerend erfgoed.

In het geval van de Sint-Salvatorskathedraal zal de premie dienen het restaureren van de gevallen klok en de vloer in de toren. De klok van 3 ton kwam los en luidt sinds mei van vorig jaar niet meer.  Daarnaast krijgt ook de volledige buitenafwerking van ramen en deuren een nieuw likje verf.

Nu de klokken al een tijdje het zwijgen opgelegd zijn, is het tijd om daar verandering in te brengen. De restauratie en opfrisbeurt komen dus als geroepen.

Brugs schepen van eigendommen en kerkbesturen

Vlaams Parlement

Doorlichting van Vlaamse autokeuringen

Het aantal klachten over de Vlaamse autokeuringen steeg in 2022 naar een recordhoogte. De minister bestelde om die reden op 2 december 2022 een audit en een benchmark-studie. Hierover stelde ik een vraag aan de minister tijdens de commissie Mobiliteit en Openbare Werken.

Het aantal klachten over de Vlaamse autokeuringen steeg in 2022 naar een recordhoogte. Van 839 meldingen in 2020 naar 930 meldingen in 2021 tot 1.182 in 2022. De klachten variëren van ‘te weinig klantvriendelijk’ tot ‘te duur’. Zo waren de lange wachtrijen aan de autokeuringen tijdens de coronacrisis nog brandend actueel en kan de keuring van een wagen in het ene keuringsstation meer kosten dan in het andere. Ook weinig transparantie over waarom een wagen afgekeurd wordt, leidt tot grote ergernis bij bestuurders.

In Vlaanderen zijn in totaal 43 keuringsstations verantwoordelijk voor het keuren van wagens. Jaarlijks voeren zij meer dan drie miljoen keuringen uit. Slechts twee inspecteurs zijn bij de Vlaamse Overheid in dienst om al dat werk te controleren. De minister besliste nu om de Vlaamse autokeuringen door te lichten en om via concrete initiatieven de dienstverlening in de sector te verbeteren. Ik vroeg of de minister het aantal keuringen niet wil verminderen. Ik vind dat we te veel naar de keuring moeten.

Lees hieronder mijn vraag aan de minister:

Vind hier mijn tussenkomst in de commissie:

Vlaams Parlement

“Bied hinderpremie per vestiging aan in plaats van per onderneming”

Als ondernemingen hinder ondervinden door wegeniswerken in hun straat, kunnen zij aanspraak maken op een hinderpremie. De hinderpremie bedraagt €2.000 en kan per onderneming eenmaal per jaar aangevraagd worden. Bedrijven met verschillende vestigingen die allen in hetzelfde jaar door verschillende wegeniswerken hinder ondervinden, zijn veroordeeld tot 12 maanden wachten alvorens opnieuw de premie aan te vragen. “Dat zou niet mogen. De hinderpremie moet per vestiging in plaats van per onderneming aangevraagd kunnen worden.”

Onlangs werd ik aangeschreven door een ondernemer die op 16 juli 2022 een hinderpremie had ontvangen voor werkzaamheden nabij hun vestiging in Gent. Deze ondernemer kan nu geen hinderpremie meer aanvragen voor zijn vestiging in Brugge die ook te maken heeft met hinder door werkzaamheden. Er moet opnieuw minstens 12 maanden voorbijgaan vooraleer een nieuwe aanvraag kan ingediend worden. Een doorn in het oog voor ondernemers die de afgelopen periode veel te verduren hadden.

Ik vroeg de minister om dit euvel uit de weg te werken.

Vind hier mijn vraag aan de minister:

Vind hier een antwoord van de minister op mijn schriftelijke vraag.

En hier mijn tussenkomst in de commissie:

Vlaams Parlement

Grondige renovatie van Bombardierbrug

De Bombardierbrug in Brugge (ook bekend als Fietsersbrug Brugeoise) over het kanaal Gent-Oostende wordt intensief gebruikt, met name door schoolgaand verkeer. De brug is aan een grondige renovatie toe waardoor deze vanaf 20 februari niet meer toegankelijk is. Voor fietsers en voetgangers voorzien we een omleiding. Deze tijdelijke situatie zal duren tot eind augustus.

Grondige renovatie van Bombardierbrug

Brugge is omgeven door water wat maakt dat auto-, fiets- en voetgangersbruggen belangrijk zijn voor de ontsluiting van de stad. “We plannen aanzienlijke investeringen in de herbouw en renovatie van verschillende bruggen, waaronder de Bombardierbrug. Voor de Bombardierbrug gaat het om een investering van 1,3 miljoen euro”, vertelt Lydia Peeters, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken. “Ik heb de ambitie om meer mensen aan het fietsen te krijgen en dat voor alle soorten verplaatsingen van het werk, naar de school of de winkel. Door de Bombardierbrug te renoveren zetten we onze ambitie kracht bij voor een vlotte mobiliteit naar en in de stad.”

De Vlaamse Waterweg nv zal het stalen brugdek renoveren, de betonnen onderdelen herstellen, de wegdekbekleding en brugdekvoegen vernieuwen en twee nieuwe pijlers plaatsen onder de uitkragende aanloophellingen die brugtrillingen zullen temperen.

“Opnieuw een Brugse brug die onder handen genomen wordt”, steekt schepen Mercedes Van Volcem van wal. “Een opsteker voor fietsend Brugge, want de Bombardierbrug wordt veelvuldig gebruikt en verbindt Sint-Michiels, Assebroek en de binnenstad. Na ontwikkelingen in de dossiers rond de Steenbruggebrug, de Krakelebrug en de Kruispoortbrug, ben ik blij dat ook dit dossier gevolg krijgt. De fietsersbrug is al enige tijd aan een grondige renovatie toe”.

Omleiding voor fietsers en voetgangers

Toegang tot de brug verdwijnt voor alle verkeer vanaf 20 februari 2023. Dit om de werken vlot én veilig uit te voeren. Vermoedelijk duurt dit tot eind augustus 2023. Voor voetgangers en fietsers voorzien we een omleiding via de Bargeweg (zie afbeelding).

Tijdelijke onderbrekingen van de jaagpaden

Tijdens bepaalde uitvoeringsfases zal het jaagpad uit veiligheidsoverwegingen tijdelijk niet toegankelijk zijn. We voorzien lokale omleidingen.

  • Jaagpad linkeroever (Vaartdijkstraat)

Bij het afsluiten van het jaagpad ter hoogte van de brug, blijft de doorgang verzekerd via een tijdelijk aangelegd fietspad langs de inrit van het VTI.

  • Jaagpad rechteroever (Lappersfortstraat)

Voor het jaagpad op rechteroever blijft doorgang verzekerd via een lokale omleiding via de Baron Ruzettelaan. De toegang tot het Edward Joossensplein is op deze momenten mogelijk via de Lappersfortstraat (neem de afslag direct na het Q8-tankstation).

Demontage stalen brugdeel over het kanaal

Op 11 maart 2023 verdwijnt het brugelement over het kanaal Brugge-Gent tijdelijk voor schilderwerken. Tijdens deze hijsoperatie zal het jaagpad op linker- en rechteroever van 6 uur ’s ochtends tot 18 uur ’s avonds onderbroken zijn voor alle verkeer. De doorgang blijft echter verzekerd via een omleiding die loopt via de Baron Ruzettelaan.

Hermontage van het stalen brugdeel over het kanaal is voorzien in de tweede helft van juni 2023.                                                                                                                                      

Besix n.v. voert de werkzaamheden uit voor een bedrag van 1,3 miljoen euro (excl. btw). De werken worden medegefinancierd door Europa.