Tag: Wonen

Brugge

Studenten zullen 600 uur in plaats van 475 uur kunnen werken, maar volgens mij zou dit nog meer mogen zijn !

studenten 600 uur werken mag meer zijn mercedes van volcem

Ook voor veel studenten is het leven duurder geworden: naast de hoge gas- en energieprijzen, swingen ook de kotprijzen de pan uit.  Het aanpassen van het aantal uur dat ze mogen werken van 475 naar 600 is al een grote verbetering. Toch zou dit volgens mij nog meer mogen zijn: Waarom mogen studenten geen onbeperkt aantal uur werken?

We straffen zo studenten die wat extra willen, maar ook de studenten die uit nood moeten werken. Een student die moet of wil werken zou niet afgeremd mogen worden. Dit geldt zeker voor de studenten die in knelpuntberoepen werken! Een student verpleegkunde zou ook al in het weekend kunnen bijspringen in een ziekenhuis. Ook voor ouders kan dit een steun zijn, want zij verliezen hiermee geen kinderbijslag. Voor veel studenten, die enkel een solidariteitsbijlage afgehouden worden, kan dit ook een enorme verbetering zijn. 

Dure studentenkoten

Het is tijd om de studenten en hun ouders te steunen. Dit gebeurt nu door het optrekken van de uren die studenten mogen werken, maar ook het aanbod aan studentenkoten verhogen is een must. De prijzen om op kot te gaan swingen de pan uit. Dit komt doordat er te weinig koten zijn voor het aantal studenten: tegen 2030 is er een tekort van 95000 (!) koten in Vlaanderen.

In april 2022 interpelleerde ik de minister van wonen. Ik vraag om concrete acties en een uitrol met het oog op een verhoogd aanbod koten. Samen met studenten, onderwijsinstellingen, verhuurders en steden zou een concreet plan voorgesteld moeten worden om meer en betaalbare huisvesting voor studenten te voorzien.

Op kot gaan en studeren moet toegankelijk zijn voor iedereen, ongeacht de financiële situatie van je ouders.

Vlaams Parlement

Budget voor Vlaamse Woonlening opgetrokken met 250 miljoen euro

BRUSSEL – Voor wie een bescheiden inkomen heeft en toch een woning wil kopen in Vlaanderen bestaat de Vlaamse Woonlening. Dat budget zal nu éénmalig met 250 miljoen euro worden opgetrokken.

Vlaamse Woonlening

In Vlaanderen tellen we meer dan 70 procent woningeigenaars. Dat stelde de OESO ook vast in hun rapport over de Vlaamse Woningmarkt. Dat de Vlaming nog steeds een baksteen in de maag heeft, is een goede zaak. Een investering in vastgoed is namelijk nog steeds een goede investering.

De Vlaamse Woonlening als instrument is een succes en biedt meer huishoudens toegang tot de vastgoedmarkt. Gezinnen en alleenstaanden met een begrensd inkomen, voornamelijk voor de aankoop van een woning of appartement meestal gecombineerd met (energetische) renovatiewerken, komen hiervoor in aanmerking. De extra middelen zullen goed zijn voor ongeveer 1.000 extra leningen.

Met de extra middelen is het budget nu opgetrokken tot 1,3 miljard euro. Zeker in huidige crisistijden Is het voor steeds meer mensen moeilijk om een eigen woning te komen. Een extra ondersteuning van de Vlaamse Regering is voor velen welgekomen.

In 2021 werden door het Vlaamse Woningfonds in totaal 3.937 Vlaamse Woonleningen toegekend. Tijdens de eerste acht maanden van 2022 liep dit aantal op tot maandelijks gemiddeld 460 nieuwe dossiers die werden toegekend, in totaal reeds 3.658. Het gemiddelde ontleende bedrag bedroeg 211.092 EUR. Waar de hypotheekrentes bij banken schommelen rond de drie procent, is dat bij de Vlaamse Woonlening 1,8 procent.

Hier kan je meer informatie vinden over de Vlaamse Woonlening.

Vlaams Parlement

Residentiële renovatieplicht – Juridische grondslag

BRUSSEL – Vanaf 1 januari 2023 treedt de maatregel rond residentiële renovatieplicht in werking. Daarrond bestaan echter nog een aantal onzekerheden. Ik stelde de minister hierover een aantal vragen.

Residentiële renovatieplicht

Vanaf 1 januari 2023 treedt een maatregel in werking die eigenaars van energieverslindende woongebouwen (dus met een EPC-label E of F) zal verplichten om binnen de vijf jaar na overdracht (zoals aankoop, erfpacht,…) de woning grondig en energetisch te renoveren tot minimum EPC-label D. De impact daarvan op de private huurmarkt zal gigantisch zijn. De residentiële renovatieplicht zal eveneens gelden voor panden die binnen het huurstelsel vallen.

Ik stelde minister van wonen Matthias Diependaele de vraag of die maatregel een juridische toets doorstond. Rondom de maatregel hangen echter nog een aantal onzekerheden:

  1. Wat zal gebeuren wanneer men een pand verkoopt dat verhuurd is, waarna men onder de renovatieplicht valt?
  2. Wat als de huurder, wiens woonzekerheid bewaard moet blijven, de uitvoering van renovatiewerken weigert?
  3. Wat als de verhuurder de energetische renovatie zal doorrekenen in de huurprijs?

Duiding minister

Als verhuurder zal de nieuwe eigenaar de verplichting hebben om het rustig genot ten aanzien van de huurder de respecteren. Dit heeft in principe tot gevolg dat de verhuurder alleen werken mag uitvoeren na akkoord met de huurder. Zonder akkoord moet de verhuurder wachten met de werken tot na het einde van de huurovereenkomst.

Voor dringende werken bestaat er binnen het huurrecht een uitzondering (art. 1724 BW en art. 27 Vlaams Woninghuurdecreet). Werken die niet kunnen worden uitgesteld tot na het einde van de huur, mogen ook zonder akkoord met de huurder gebeuren. Het gaat om werken die nodig zijn omdat anders het voortbestaan van de woning in het gedrang komt (bv. een lek in het dak), maar ook om werken die nodig zijn om te voldoen aan een wettelijke verplichting (zoals strengere minimale kwaliteitsnormen).

In het kader van de residentiële renovatieplicht zal de verhuurder zich dus kunnen beroepen op het bestaan van een decretale verplichting, waardoor het gaat om dringende werken. Dat betekent dat de werken nog altijd moeten gebeuren in afspraak met de huurder, maar dat deze laatste de uitvoering ervan niet kan weigeren. De huurder moet de werken gedogen, ook wanneer hij daardoor het genot van een gedeelte van de woning verliest.

Artikel 35, §2 van het Vlaams Woninghuurdecreet bepaalt dat de huurder en de verhuurder de huurprijs kunnen herzien omdat aan de woning energiebesparende investeringen werden gedaan. Energiebesparende maatregelen worden gedefinieerd als investeringen die de energieprestatie van het goed, vermeld in artikel 1.1.2, 42° /1, van het Energiedecreet van 8 mei 2009, verbeteren.

De huurprijsherziening is in eerste instantie overeen te komen tussen de huurder en de verhuurder zelf. Bij gebrek aan overeenstemming kan de verhuurder zich richten tot de rechter. De rechter kan alleen een herziening toestaan op voorwaarde dat de normale huurwaarde van de huurwoning door de uitgevoerde investeringen ten minste 10% hoger ligt dan de op dat moment geldende huurprijs. Bij eerder geringe investeringen is er dus geen herziening mogelijk. In andere gevallen oordeelt de rechter naar billijkheid. Met de investeringen die noodzakelijk waren om de woning te laten voldoen aan de minimale woningkwaliteitsnormen van de Vlaamse Codex Wonen mag de rechter geen rekening houden (bijvoorbeeld dakisolatie). Die werken kunnen dus geen aanleiding geven tot een herziening van de huurprijs. Ze zijn in feite een kost voor de eigenaar.

Blijf hier op de hoogte van mijn parlementaire initiatieven.

Lees hieronder mijn vragen aan de minister.

Lees hieronder het antwoord van de minister.

Brugge

Huurprijsindexering voor meer dan 100.000 huurders bevroren

BRUSSEL – Het nieuw begrotingsakkoord van de Vlaamse Regering trekt vier miljard uit plus een miljard extra aan leningen en waarborgen voor bedrijven. Naast maatregelen voor kinderbijslag en sociale toeslagen en de jobbonus, treden aanstonds ook maatregelen voor huurders in voege. Om hen te behoeden van zowel stijgende energieprijzen én de inflatie, zal de Vlaamse Regering hen ondersteunen door onder meer een verbod op huurprijsindexering voor energieverslindende woningen.  

Het nieuw begrotingsakkoord treft maatregelen voor kinderbijslag en sociale toeslagen en de jobbonus, maar ook voor de huurprijsindexering.  

Huurders die in een energieverslindende huurwoning wonen (EPC-waarde E of F) zullen de huurprijs voor zeker 12 maanden niet geïndexeerd zien. Huurprijzen van woningen met een EPC-waarde D mogen voor de helft geïndexeerd worden, alle andere woningen mogen dat volledig.

Op die manier ondersteunt de Vlaamse Regering de groep huurders die dreigt geconfronteerd te worden met zowel een hoge (energie)prijsstijgingen als een huurprijsindexering.  

Concreet gaat het om zo’n 107.000 huurders die in een huis of appartement met EPC-waarde E of F wonen. Zij zullen hun huidige huurprijs met een jaar lang behouden. Vlaanderen telt in totaal zo’n 560.000 huurders. Ook voor huurwoningen die geen EPC-label hebben, ongeveer 20 procent van alle huurwoningen, geldt een verbod op indexatie.

Zowat 92.000 huurders wonen in een appartement of huis met EPC-waarde D. Zij kunnen een gehalveerde huurprijsindexatie verwachten.  

Deze maatregel toont duidelijk in welke richting de Vlaamse Regering in de woningmarkt wil bewegen. De omslag naar energiezuinige woningen en meer duurzame vormen van energie lijkt hiermee in de verf gezet. Er bestaan ook premies voor verhuurders die hen aansporen om duurzame investeringen te doen. Daarenboven kunnen ze hiermee hun indexering behouden.

Het voordeel dat de huurder doet, kan aanzienlijk zijn. De gemiddelde huurprijs voor een appartement ­bedraagt 760 euro. Als die niet wordt ­geïndexeerd, levert dat een voordeel van 912 euro op voor één jaar huur. Rijhuizen hebben een gemiddelde huurprijs van 875 euro. Als die maar half wordt geïndexeerd, komt dat neer op een ­besparing voor de huurder van 525 euro voor één jaar huur. Een vrijstaand huis kost gemiddeld 1.085 euro huur. Daar levert­ een indexeringsstop de huurder 1.302 euro op.

Daarnaast besliste de Vlaamse Regering om het budget voor de Vlaamse Woonlening met 250 miljoen euro op te trekken. Deze lening is gericht op alleenstaanden en gezinnen met een beperkt inkomen voor de aankoop of (energetische) renovatie van een woning. Er kan honderd procent geleend worden aan gunstiger voorwaarden dan bij de bank.

Ook sociale huisvestingsmaatschappijen zullen aan gunstiger voorwaarden kunnen lenen voor het plaatsen van zonnepanelen op bestaande woningen. Voordien kon dit enkel bij nieuwbouw of totaalrenovaties. Tot slot krijgen huurders met een huurachterstal meer ademruimte. Het Fonds ter bestrijding van uithuiszettingen, dat OCMW’s ondersteunt, krijgt hiervoor extra geld. Huurders die een lening aangingen bij de Vlaamse Overheid om de huurwaarborg te betalen, kunnen hiermee uitstel krijgen

Brugge

Mijn VerbouwLening vervangt de oude Energielening(+)

BRUSSEL – Mijn VerbouwLening vervangt vanaf 1 september 2022 de Energielening (tot 15.000 euro voor een prioritaire doelgroep/klanten met exclusief nachttarief). Ook de Energielening+ (voor eigenaars die hun woning of appartement verwerven via erfenis of schenking) zal vanaf 1 september 2022 vervangen worden door Mijn VerbouwLening.

Mijn VerbouwLening vervangt vanaf 1 september 2022 de Energielening(+)

Een groot deel van het Vlaamse woningpark is sterk verouderd. Veel eigenaars hebben dringend nood aan meer financiële ondersteuning om deze woningen en appartementen te renoveren en energie-efficiënt te maken. Vanaf 1 september 2022 is het mogelijk de renteloze Mijn VerbouwLening tot 60.000 euro aanvragen. Met deze lening kunnen renovaties gefinancierd worden die zowel focussen op woningkwaliteit als op het verbeteren van de energieprestatie. Het aanvragen van de lening kan tot eind 2026.

Welke werken?

De Mijn VerbouwLening dient dus als financiële steun om (energetische) renovaties uit te kunnen voeren. De werken die hiervoor in aanmerking komen zijn ook bepaald binnen de Mijn VerbouwPremie en komen dus overeen. Onderstaand lijst ik ze nog even op:

  • dakrenovatie (beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW)
  • buitenmuurrenovatie (beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW)
  • renovatie van buitenschrijnwerk (beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW)
  • renovatie van vloeren en funderingen (beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW)
  • binnenrenovatie (met een maximum factuurbedrag van 5.000 euro + btw)
  • elektriciteit en sanitair (met een maximum factuurbedrag van 7.500 euro +btw)
  • (hybride) warmtepomp (beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW)
  • warmtepompboiler (beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW)
  • zonneboiler (beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW)
  • condensatieketel op gas (enkel van toepassing voor verhuur via een sociaal verhuurkantoor en voor de laagste inkomenscategorie, beperkt tot bedrag op de factuur, incl. BTW, aan te vragen tot 30-06-2026)
  • Investeringen waarvoor een premie wordt gegeven door Fluvius, maar buiten Mijn VerbouwPremie vallen.
    • Zonnepanelen (beperkt tot bedrag van de factuur, incl. BTW).

De facturen mogen echter niet ouder zijn dan de aanvraagdatum van de Mijn VerbouwLening. Er is een uitzondering (overgangsmaatregel) voor facturen vanaf 01/07/2022, die kunnen dienen om een lening aan te vragen op voorwaarde dat de lening aangevraagd wordt voor 01/11/2022.

Welk bedrag?

Het Energiehuis zal echter steeds op basis van uw individuele financiële situatie en terugbetalingscapaciteit moeten nagaan wat voor u haalbaar is inzake leningsbedrag en looptijd.

U kunt Mijn VerbouwLening aanvragen:

  • voor een bedrag van minimaal 1250 euro tot maximaal 60.000 euro
  • met een afbetalingstermijn van maximaal 25 jaar.
  • Deze lening is renteloos (0% intrest), zolang de wettelijke rente onder 3% blijft.
  • Op 1 september 2022 ligt de wettelijke rente onder 3%, en zal Mijn VerbouwLening dus renteloos worden aangeboden.
  • Als de wettelijke rente op jaarbasis stijgt boven 3%, dan zal de intrest voor Mijn VerbouwLeningen stijgen boven 0%. Deze rente krijgt 1 keer per jaar een aanpassing. Dit is enkel van toepassing voor wie vanaf dan een Mijn VerbouwLening aanvraagt.

Het Energiehuis rekent geen dossierkosten aan voor het afsluiten van een Mijn VerbouwLening.

Wat met de Mijn VerbouwPremie?

Wanneer u naast Mijn VerbouwLening ook in aanmerking komt voor Mijn VerbouwPremie, zal het Energiehuis waar u de lening afsluit, in uw naam en voor uw rekening Mijn VerbouwPremie (en/of de premie voor zonnepanelen) aanvragen en vervolgens ontvangen. Daarna zal het Energiehuis de ontvangen premie aftrekken van het nog terug te betalen bedrag van de lening. Mijn VerbouwPremie dient op die manier als een vervroegde terugbetaling van de Mijn VerbouwLening.

Wens je graag meer informatie? Klik hier.

Hier lees je of je al dan niet in aanmerking komt voor de Mijn VerbouwLening.

Brugge

Mijn VerbouwPremie vervangt vroegere renovatiepremie

BRUSSEL – De vroegere renovatiepremie en de meeste premies van Fluvius voor energiebesparende investeringen vallen sinds 1 juli onder de nieuwe, eengemaakte ‘Mijn VerbouwPremie’. Vanaf 1 oktober kan men deze aanvragen via één online loket. Wat verandert er precies?

Mijn VerbouwPremie vervangt vroegere renovatiepremie

De eengemaakte Mijn VerbouwPremie is van kracht sinds 1 juli 2022 en omvat de vroegere renovatiepremie en de meeste premies van Fluvius voor energiebesparende investeringen. Tijdelijk, tussen 1 juli en 30 september, is het niet mogelijk een premie aan te vragen. Vanaf 1 oktober kan dit wél. Al wie investeert in een bestaande woning, appartement, appartementsgebouw of een niet-woongebouw (bijvoorbeeld een bedrijfspand of kantoorgebouw), kan dus afhankelijk van de doelgroep waartoe hij of zij  financiële steun aanvragen voor de investeringen in energie-efficiëntie en in woningkwaliteit.

Het doel van de Mijn VerbouwPremie? Verbouwers opnieuw motiveren en stimuleren om de premie aan te vragen en een vereenvoudiging van de aanvraagprocedure.  

Overgangsperiode

Tussen 1 juli en 30 september 2022 is het tijdelijk niet mogelijk om een aanvraag voor de renovatiepremie in te dienen.

Wat verandert er?

  • Bepaalde investeringen die wél mogelijk waren binnen de renovatiepremie verdwijnen of zijn anders geformuleerd binnen de Mijn VerbouwPremie.
  • Daarnaast hanteert de Mijn VerbouwPremie een verplichte isolatievoorwaarde voor investeringen aan de gebouwschil (gevel, dak of vloer) die de afsluiting vormt tussen binnen en buiten.
  • Bovendien geldt binnen de Mijn VerbouwPremie de voorwaarde dat de woning minimaal 15 jaar (in bepaalde gevallen slechts 5 jaar) oud moet zijn, terwijl bij de renovatiepremie de woning minstens 30 jaar oud moest zijn.
  • Mijn VerbouwPremie houdt rekening met het gezinsinkomen voor inkomensgebondenpremies.
  • Premiebedragen stijgen van 20% en 30% van de eindfactuur bij de renovatiepremie tot 35% en 50% bij de Mijn VerbouwPremie (tot eind 2023).  
  • Voor sommige investeringen zal enkel een factuur door een aannemer aanvaard worden. Aankoopfacturen van doe-het-zelfmateriaal worden hiermee uitgesloten voor de premie. Deze regel is NIET van toepassing bij de categorie dak, buitenmuur en vloer; mits voldaan aan specifieke voorwaarden.
  • Niet alle renovatie -en energiepremies maken deel uit van Mijn VerbouwPremie. Andere premies kan u blijven aanvragen bij Fluvius, Wonen-Vlaanderen of het VEKA.

Welke investeringen komen in aanmerking?

Investeringen in energie-efficiëntie:

  • Dakisolatie
  • Muurisolatie
  • Vloerisolatie
  • Hoogrendementsglas
  • Zonneboiler
  • Warmtepomp
  • Warmtepompboiler
  • Gascondensatieketel

Investeringen in woningkwaliteit:

  • Elektriciteit en sanitair
  • Binnenrenovatie
  • Ramen en deuren

Vraagt u Mijn VerbouwPremie aan tussen 1 oktober en 31 december 2022, dan mogen de facturen die u nodig hebt voor de aanvraag tot 27 maanden (2 jaar en 3 maand) oud zijn. 

Je kan een schatting van het bedrag via de Mijn VerbouwPremie simulator bekijken.

Meer informatie over de Mijn VerbouwPremie? Klik hier.

Brugge

Vlaamse huurprijzen stijgen sterk eerste helft 2022

Halfjaarlijks publiceert het CIB de huurbarometer waarin de evolutie van de Vlaamse huurprijzen belicht wordt.

Vlaamse huurprijzen stijgen sterk eerste helft 2022

De Vlaamse huurprijzen stijgen in de eerste helft van 2022 gemiddeld met 3,7 %. Dat is een aanzienlijk snellere toename dan de voorbije jaren. Dit staat te lezen in de nieuwe huurbarometer van het CIB. De Vlaming betaalt nu gemiddeld meer dan € 800 aan huur per maand. In Brussel stijgt de gemiddelde huurprijs van appartementen nagenoeg boven de €1.000!

Verklaringen

CIB haalt twee factoren aan ter verklaring van de snellere prijsgroei. Enerzijds stijgt het aantal verhuring van rijwoningen, halfopen bebouwingen en vrijstaande woningen. Anderzijds speelt inflatie ook een rol. Voor die laatste factor wordt de impact het best gemeten per woningtype. Opvallend: de prijsstijging blijft een stuk ónder het inflatiepeil. Dit betekent dat verhuurders de inflatie niet volledig doorrekenen in hun huurprijs. Goed nieuws voor huurders die al te maken hebben met sterke prijsstijgingen van de energiefactuur.  

Rijwoningen en appartementen

Voornamelijk bij appartementen en rijwoningen vindt een versnelling van de huurprijsstijgingen plaats. Met respectievelijk 71,8% en 14,5% van alle verhuringen zijn dat nog steeds de dominante woningtypes op de huurmarkt.

Een appartement is 2,9% duurder dan vorig jaar. We zien dat sinds 2019 die versnelling van stijgende appartementsprijzen is ingezet. Tussen 2018 en 2019 stegen de prijzen met 0,5%. Tussen 2020 en 2021 stegen de prijzen met 2,6% en nu zitten we daar in één jaarhelft al boven. Een verdere prijsstijging is ook niet uitgesloten.

Een rijwoning is 4,2% duurder geworden de eerste helft van 2022. In 2019 bedroeg die stijging al 1,8%  en in 2020 en 2021 respectievelijk 3,3% en 4,1%. Voor rijhuizen ligt die stijging dus al een stukje hoger dan bij appartementen. Daarmee zien we hetzelfde fenomeen op de huurmarkt als op de koopmarkt: een zoektocht naar een huis, liefst met een tuintje, in de stadsrand.

Vlaamse huurprijzen stijgen sterk eerste helft 2022

Provincies en centrumsteden

West-Vlaanderen blijft met een gemiddelde huurprijs van €724, over alle woningtypes heen, de goedkoopste provincie om te huren. Vlaams Brabant en Antwerpen bevinden zich bovenaan het lijstje van duurste provincies met een gemiddelde huurprijs van respectievelijk €961 en €829.

Wat de centrumsteden betreft zien we echter dat de West-Vlaamse steden Brugge en Kortrijk tot de grootste groeiers behoren. Al bekleden zij niet de plaats van duurste centrumstad wat gemiddelde huurprijs van een appartement betreft. Deze eer is weggelegd voor Antwerpen, Mechelen, Leuven en Gent.

Vastgoedkantoren ondervinden moeilijkheden om grote gezinnen te bedienen op de vastgoedmarkt. Er is dringend nood aan investeringen in het segment van huurhuizen en aan een verruiming van het aanbod!

Klik hier om je aan te melden om de volledige huurbarometer te lezen.

Brugge

Waarom een opkoopbescherming géén goed idee is

Een voorstel van Conner Rousseau rond opkoopbescherming werd tijdens een hoorzitting in de commissie wonen van het Vlaams Parlement behandeld. Drie experten steunden mij in mijn standpunt.

Een opkoopbescherming zorgt ervoor dat huizen niet zomaar kunnen worden opgekocht voor verhuur, maar dat diegene die het koop er moet wonen. Het was een voorstel van Conner Rousseau dat werd besproken in de commissie na het horen van drie experten.

Met dit voorstel van Vooruit zal het aanbod op de Vlaamse huurmarkt dalen, terwijl er net nood is aan meer betaalbare huurwoningen. We hebben net méér investeringen nodig in onze huurmarkt. 

Daarenboven is het juridisch niet haalbaar. Het voorstel strekt zich ertoe om gemeenteraden de bevoegdheid te geven om een opkoopbescherming voor (een) nader te bepalen gebied(en) in te voeren in de vorm van een verbod om woningen zonder vergunning te verhuren.

Het verbod om zonder vergunning te verhuren geldt alleen voor koopwoningen die na invoering van het verbod in een door de gemeenteraad aangewezen gebied worden aangekocht en voor woningen die minder dan zes maanden in verhuurde staat waren op het moment van eigendomsoverdracht. Bij een geval van doorverkoop heeft de gemeente geen grondpositie meer. Om de opkoopbescherming tóch te laten doorlopen moet de gemeente dan met of via de projectontwikkelaar of aannemer een anterieure overeenkomst sluiten. Kan de gemeente dit afdwingen?

Het voorstel steunt op het idee dat er een grote concurrentie woedt tussen grote investeerders en jonge starters. Dit klopt echter niet. Jonge starters zoeken eerder een huis met tuin, terwijl de grote investeerders in grote (vaak appartementen) projecten beleggen. Een opkoopbescherming in één regio zal trouwens de focus van de markt verleggen naar een andere regio. Het probleem zal alleen maar verschuiven. 

De beste maatregel is de registratierechten voor starters op 0 procent zetten en die voor investeerders op 12 procent. Op die manier worden investeerders niet weggejaagd en hebben jonge starters een concurrentieel voordeel.

Het woonbeleid moet zich focussen op het uitbreiden van het aanbod en een vlot vergunningenbeleid. 

Meer betaalbare huisvesting voor jonge mensen is een zaak waarvoor ik blijf pleiten! Zowel op de huur- als koopmarkt. Betaalbaarheid hangt af van je inkomen, rente, het aanbod, de vraag, inflatie, grondstoffen, oppervlakte,…

Daarnaast is niet enkel nood aan betaalbaar wonen voor gezinnen, maar ook voor studenten!

Hieronder kan u de presentaties van de sprekers terugvinden.

Brugge

Vastgoedmarkt koelt af: het moment om te kopen is nu!

De vastgoedmarkt koelt af. Het Inflatiepeil ligt hoger dan de rente op een hypothecaire lening. Als jongeren ertoe in staat zijn, moeten ze nu kopen!   

Vastgoedmarkt koelt af

Met meer dan 12 jaar ervaring als Vlaams parlementslid hoop ik dat mijn advies gehoord wordt. De vastgoedmarkt koelt af en de hypothecaire rente ligt lager dan de inflatie. De aankoop van een woning of het aangaan van een lening verder uitstellen laat de opportuniteit roerloos voorbijgaan.

Een voorbeeldje om mijn uitspraak kracht bij te zetten. De rente op het aangaan van een hypothecaire lening verschilt uiteraard per verlener. Laten we daarom in dit voorbeeld deze rente vastpinnen op twee procent. Het inflatiepeil stellen we vast op tien procent om gemakkelijk te rekenen. Gelet op bovenstaande gegevens vertegenwoordigt een lening vandaag van 200.000 euro volgend jaar slechts 180.000 euro. Anders gesteld zal uw maandelijkse aflossing van 1.200 euro over 20 jaar gelijk blijven, terwijl uw inkomen wel met tien procent stijgt volgens de index.

Met dit simpel voorbeeldje in het achterhoofd denken jongeren best nog even na of ze de aankoop van een woning nog langer willen uitstellen.  

Brugge

Congres Liberaal Vuur

LEUVEN – Vandaag vond in Leuven het tweede Liberaal Vuur congres van Open VLD plaats. Het thema: ‘Vooruitgaan in een moderne economie’.

Operatie Liberaal Vuur heeft als doel de vernieuwing van de liberale partij in te zetten. Om te blijven vechten voor vrijheid en vooruitgang van ieder mens met frisse en liberale ideeën. Het congres vandaag legde de focus op werken, ondernemen en wonen. Dat laatste thema is voor mij uiteraard van groot belang.

Om mee het liberale vuur aan te wakkeren diende ik 14 voorstellen in. Enkelen daarvan mocht ik tijdens een vurig debat deze morgen verder bepleiten.

Ik was dan ook heel erg opgetogen met het feit dat verschillende van mijn voorstellen aangenomen werden, en dus zullen worden opgenomen in de uiteindelijke congrestekst.

Let wel: het ontbrak ons aan tijd om ook het luik over sociaal wonen te behandelen. Mijn voorstellen hieromtrent zijn vandaag dus niet aan bod gekomen. Deze zullen later tijdens het groot congres wél behandeld worden. Voorlopig werden dus zes van mijn veertien voorstellen (voorstellen rond sociaal wonen incl.) aangenomen en verwerkt in de congrestekst.

Hieronder zijn mijn 14 voorstellen te lezen (zie geel dewelke aangenomen werden). Daarna volgen ook de twee aangenomen stellingen!

  • Registratierechten op de eigen woning : 0 procent (bestaande woningen)

Ten eerste pleit ik ervoor om de registratierechten op de aankoop van een eerste woning tot een minimum te herleiden. Dat betekent 0 %. De registratiebelasting bij aankoop van de enige eigen woning beloopt sinds 1 januari 2022 drie procent, maar dit wil ik nu dus nogmaals verlagen.  De kopers van tweede woningen en tweede verblijven betalen vandaag 12 procent, zo heeft een starter vandaag 9 procent voordeel en als hij een energetisch renovatie doet, is dat 11 procent.  Wij wensen met de liberalen de registratierechten bij de aankoop van een eigen woning af te schaffen. 

  • Geen hypotheekrechten op de hypotheek voor de eerste woning

We schaffen tevens de hypotheekrechten af (federaal) op het ontleende bedrag voor de eigen woning waarvoor een hypotheek wordt genomen.

  • Nieuwbouw (is energetisch veel beter)  : 6 procent voor eerste woning

Daarnaast streef ik er ook naar om een tijdelijke maatregel in te voeren om de btw op het bouwen van een eerste nieuwbouw woning te verlagen naar 6 procent. Dit is momenteel al het geval voor sloop- en heropbouw werken, maar dit zien we graag uitgebreid naar nieuwbouwwoningen tot 350000 euro

  • Verhuurmarkt

Ook voor nieuwbouwwoningen met oog op betaalbare verhuur pleit ik voor een BTW tot 6 procent. De voorwaarden die ik hieraan wil koppelen zijn de volgende:

Huurder moet er zijn domicilie hebben.

27 jaar huur

Verhuren aan alleenstaande met inkomen onder 36000 euro bruto of gezin met inkomen van 72000 euro bruto

Jaarlijks vastgelegd rendement : aankoop plus kosten x 3 procent bruto , geïndexeerd  voorbeeld : 350000 euro plus 6 procent is 371000 euro x 3 procent is 11130 euro is 927,5 euro; 

Voorbeeld rendement aankoop kosten x 3 procent geïndexeerd :

250000 euro plus 6 procent is 265000 eurox 3 procent bruto  is 7950 euro is 662, 5 euro

  • Gronden

Door de bouwshift wordt bouwgrond ook steeds schaarser, terwijl de coronapandemie de Vlaming heeft doen inzien hoe graag hij groen heeft en open ruimte. Daarom pleit ik er ook voor om percelen tot 400m2 belastingvrij te kunnen aankopen wanneer het om de eerste woning gaat. Dit geldt ook voor grondwaarde van de appartementen die dienen voor een eerste woning.

  • Renoveren

Energetische renovaties zullen in de nabije toekomst erg belangrijk blijven. Ze zullen immers uiteindelijk de woonkost doen afnemen. Om mensen te stimuleren deze renovaties te doen, pleit ik voor een renovatiebonus. De bestaande eengemaakte renovatiepremie van de Vlaamse Regering treedt pas in werking ná de gemaakte investeringen, maar sluit daarmee de mensen uit die in eerste instantie die kosten al niet kunnen maken. Een renovatiebonus van 60.000 euro voor een bestaande woning of verhuurwoning, zou dit dus moeten verhelpen.

Te koppelen aan stijging van EPC label.

  • Huurpremie uitbreiden

Momenteel geeft de Vlaamse Overheid geeft huurpremies voor mensen die vier jaar op lijst staan. Zij die werk vinden, verliezen hun premie. Het systeem van een huurbonus zou ook als volgt werken: hoe meer je verdient, hoe meer aftrek je hebt. Hiermee wordt ook werken gestimuleerd.

De huurpremie wordt nu gegeven aan mensen met de zwakste inkomensten.  Die zou ik behouden maar uitbreiden naar mensen die drie jaar op de wachtlijst staan voor een sociale woning ipv vier jaar. 

Verplicht verhuizen naar een sociale woning zou ik afschaffen als je een huurpremie ontvangt.

  • Studentenhuisvesting

Ook een groeiende groep op de woningmarkt zijn studenten. Naar verluidt komen er tegen 2040 zo’n 95.000 nieuwe studenten naar onze steden. Ook zij zijn een erg kwetsbare groep en moeten we ondersteunen in hun zoektocht naar betaalbare huisvesting. Via een actieplan tussen universiteiten en steden, met objectieven en monitoring, moet de samenwerking bekeken worden met enkele private, dynamische spelers die nu reeds actief zijn op de markt.

Vraag is waarom er specifieke studentenhuisvesting moet zijn en studenten niet gewoon een studio of een appartement met twee of drie personen kunnen huren.  De stad kan dan voor studenten de taks op tweede verblijf vrijstellen of beperken voor studenten.

  • #Plekvrij:

De oorlog in Oekraïne bracht in Vlaanderen ook heel wat teweeg met als resultaat een aantal hartverwarmende initiatieven. Het initiatief van #Plekvrij wil ik dan ook graag doortrekken. Iedereen is baas in eigen huis en #Plekvrij mag bestaan voor iedereen die wil onderverhuren met een minimum oppervlakte per persoon.

  • Open blik voor alternatieve woonvormen

Bijzondere tijden vragen om bijzondere maatregelen. Daarom is het ook belangrijk om met een open blik naar alternatieve woonvormen te kijken. Ik pleit daarom voor het regelluw maken van het wonen in Tiny Houses. Ook moet er een vrijstelling komen bij boerderijen voor deze alternatieve woonvorm.

  • Zorg- of kangoeroewoningen

In dezelfde lijn met het vorige voorstel, moet de regelgeving bij zorg- of kangoeroewoningen aangepakt worden. Graag zie ik in de regelgeving hier een uitbreiding naar alle zorgbehoevenden zonder dat er een verschil van 20 jaar moet zijn tussen inwoners van beide delen. (nog eens nagaan )

  • Klassieke gezin is geen actueel begrip meer

Het klassieke ‘gezin’ is eigenlijk geen actueel begrip meer. We zien het in de prognoses van Statbel dat tegen 2060 de helft van de huishoudens uit één persoon zullen bestaan. De mogelijkheden voor Co-Huren of Co-Housing moeten dus opengetrokken worden.

  • Huurkoop

Voor starters pleit ik ook voor een systeem van onroerende leasing. Binnen dit systeem kunnen huurgelden van een eerste periode aangewend worden om na een bepaalde tijd over te gaan tot aankoop van een woning. Dit kan een financieel-technisch instrument zijn om de toegang tot het eigenaarschap te vergemakkelijken. bijvb. HAMSTERHUREN

  • Sociaal wonen

-meer doorstroming voor iedereen die gezond is en aan de slag kan en tijdelijke contracten van 6 jaar in plaats van 9 jaar 

-sociale huur koppelen aan activering;

-indien je werkt gaat de huur niet omhoog om werk te stimuleren

(soort huurbonus), 

-geen sociale woningen meer bijbouwen (te duur en te traag en grond is bijna op) maar de sociale huisvestingsmaatschappijen kunnen woningen in huur nemen op de bestaande markt en verder verhuren conform aangepast sociaal huurbesluit -sociaal huurbesluit aanpassen (nu is huur volgens je inkomen) en de huur vast zetten volgens inkomensgrenzen : min 400 euro – 600 euro – 800 euro

Hieronder kan je de twee aangenomen stellingen over wonen terugvinden:

Stelling 10

In een sterk verstedelijkt Vlaanderen zoeken steeds meer (divers samengestelde en eenpersoons-) huishoudens een betaalbare woning op hun maat. Door het woonaanbod te vergroten,  houden we wonen betaalbaar en kan eenieder een eigen plek vinden.

We creëren meer woonentiteiten binnen het bestaande ruimtebeslag door bouwregels te versoepelen en dus meer toe te laten. We hebben tevens aandacht voor voldoende omgevingskwaliteit, duurzaamheid en leefbaarheid. De reglementering zal wel altijd waken over de woonkwaliteitsvoorwaarden en ieders privacy.

We doen dat ook toekomstgericht, bijvoorbeeld door uit te gaan van deelmobiliteit of door andere al dan niet tijdelijke creatieve oplossingen voor het parkeren en af te stappen van verouderde voorschriften die uitgaan van bezit van 2 wagens per wooneenheid.

Concreet maken we het eenvoudiger om in de hoogte te bouwen, bestaande gebouwen op te splitsen en woningen te delen. We zorgen ervoor dat onbenutte ruimtes zoveel en zo eenvoudig mogelijk kunnen worden gebruikt (wonen boven handelspanden enz.). Net zoals we voor het zorgwonen gedaan hebben, zorgen we eveneens voor een laagdrempelig regelgevend kader voor co-housing, tiny houses, tijdelijke wooncontainers, enz.. We bieden hiervoor meer beleidsruimte en de bijbehorende middelen aan de lokale besturen.

Er is ook nood aan het creatief kunnen omgaan met grondeigendom. Bv. alternatieve vormen van recht van opstal, waarbij je kan bouwen zonder eigenaar te zijn van de grond.

Stelling 11

We hervormen de woonfiscaliteit. We moedigen het kopen van de enige woning aan door de registratierechten naar 0 % te brengen en de hypotheekrechten af te schaffen.

Woonfiscaliteit nu is te arbitrair, te weinig sturend en niet-samenlevingsvormneutraal. We hervormen om de bouwshift te realiseren. Sturende lokale autonomie is hierbij een meerwaarde.

Er is nood aan nieuwe, creatieve, fiscaal aantrekkelijke financieringsvormen, zoals bv. huurkoop.

Woonfiscaliteit moet samenlevingsvorm neutraal zijn en mag niet onevenredig nadelig uitvallen voor alleenstaanden.

We verlagen het Kadastraal Inkomen voor wie investeert in meer duurzaamheid en klimaatneutraliteit.

We verlagen de kostprijs van het bouwen door een BTW-hervorming. We verlagen het BTW-tarief voor alle klimaatneutrale investeringen in (ver)nieuwbouw tot 6 % (of minder).

Wil je meer weten over Operatie Liberaal Vuur? Klik dan hier.