Tag: Lydia Peeters

Vlaams Parlement

Fietspaden in Vlaanderen verbeteren

De kwaliteit van de fietspaden langs gewestwegen verbetert verder, zo toont het nieuwe fietsrapport van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) dat ik heb opgevraagd bij Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken. Dankzij de extra middelen zal comfortabeler en veiliger fiets sneller de norm zijn op onze Vlaamse wegen. Dit jaar staan 150 fietspaden locaties bij AWV op de agenda.

Fietspaden in Vlaanderen verbeteren

De inrichting van de fietspaden is er in 2021 ten opzichte van het jaar 2019 in alle provincies op vooruitgegaan. Dit betekent dat meer fietspaden voldoen aan de geldende normen. Daarnaast wordt het ook comfortabeler fietsen omdat er vaker asfalt gebruikt wordt in plaats van klinkers. Hieronder kan je de scores per provincie terugvinden.   

SCORES INRICHTING (Evolutie 2021 vs. 2019 met % fietspaden conform ontwerprichtlijnen)

Vlaanderen: +1,2 % (totaal: 47,0 %)

Antwerpen: +1,6 % (totaal: 57,5 %)

Limburg: +2,22 % (totaal: 43,0 %)

Oost-Vlaanderen: +0,4 % (totaal 37,5 %)

Vlaams Brabant: +1,5 % (totaal 47,7 %)

West-Vlaanderen: +0,6 % (totaal 48,8 %)

SCORES STAAT/COMFORT (Evolutie 2021 vs. 2019 met % fietspaden die ‘uitstekend’ of ‘behoorlijk’ scoren) 

Vlaanderen: + 4,3 % (totaal: 60,5 %) 

Antwerpen: + 1,4 % (totaal: 60,8 %) 

Limburg: + 16,1 % (totaal: 55,0 %) 

Oost-Vlaanderen: + 2,5 % (totaal: 62,9 %) 

Vlaams-Brabant: + 11,2 % (totaal: 57,0 %) 

West-Vlaanderen: + 0,1 % (totaal: 61,4 %) 

De verbetering is heel goed nieuws. Op terrein worden de verwezenlijkingen zichtbaar, de werven schieten als paddenstoelen uit de grond. De link naar het nieuwe fietsrapport kan u hier terugvinden: https://wegenenverkeer.be/wegen/fietsinfrastructuur/staat-en-inrichting-van-de-fietspaden-langs-de-vlaamse-gewestwegen.

Mijn schriftelijke vraag aan de minister:

Brugge

Wijziging technische voorschriften binnenvaartschepen en binnenvaartpersoneel

Wijziging technische voorschriften binnenvaartschepen en binnenvaartpersoneel

Naar aanleiding van de invoering van het besluit van de Vlaamse Regering (BVR) van 6 mei 2022 over de beroepscompetenties voor binnenvaartpersoneel, had de minister in een nota aan de Vlaamse Regering nog enkele wijzigingen voorgesteld aan de regelgeving inzake technische voorschriften voor binnenschepen en inzake binnenvaartpersoneel.

De wijziging van de definitie van stadsrondvaartboten in het bijzonder, zoals in artikel 6. van het besluit beschreven staat (zie hieronder), trekt de aandacht vanuit de sector.

“Artikel 6.: De definitie van stadsrondvaartboten zoals thans opgenomen in artikel 2, 9°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018 tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen vereist dat die schepen een lengte op de waterlijn hebben van minder dan 25 meter. Bijlage 5, die bijzondere bepalingen voor stadsrondvaartboten bevat, voorziet echter voor wat betreft de gesloten stadsrondvaartboten dat zij een lengte van maximaal 30 meter kunnen hebben. Zodoende is de huidige definitie in het besluit zelf niet afgestemd op de technische elementen als voorzien in de bijlage bij het besluit. Teneinde deze gelijk te trekken wordt voor wat betreft de technische elementen thans verwezen naar de gegevens als vermeld in de bijlage.”

De stadsrondvaarten in Brugge voeren ook toeristen door de aderen van de stad, vergezeld door de befaamde Brugse zwanen. Op verschillende vaarparcours in Vlaamse kunststeden, zo ook in Brugge, is het echter niet mogelijk te varen met een bootlengte langer dan 25 meter (zowel voor open als gesloten stadsrondvaartboten). Wijziging van de definitie van stadsrondvaartboten, waar dus ook grotere boten onder zullen vallen, zal op termijn automatisch leiden tot een verstrengde wetgeving.

Grotere boten in de Brugse reien zijn niet wenselijk om evidente redenen. Daarnaast bemoeilijkt een verstrengde regelgeving ook de zoektocht naar nieuwe medewerkers voor de rederijen. Zij moeten aan steeds meer erg hoge eisen voldoen.

Ik stelde hierover een vraag aan de minister. Vind deze hieronder samen met het antwoord van de minister.

Wens je meer te weten over mijn parlementaire initiatieven? Klik dan hier.

Brugge

N31 Lissewege: omvorming tot Vlaamse hoofdweg

N31 Lissewege: omvorming tot Vlaamse hoofdweg

Voor de omvorming van de N31 ten noorden en ten zuiden van Lissewege tot Vlaamse hoofdweg wordt opnieuw een getrapte studie in het vooruitzicht gesteld (start- en projectnota). Hiervoor zal een eerdere studie (streefbeeldstudie NX, N31 en A11 uit 2009) geactualiseerd worden.

De studie zal aanvatten in begin 2023, maar de realisatietermijn is niet bekend. Verschillende projecten over de inrichting van dit wegvak zijn lopend en die moeten eerst op elkaar afgestemd worden. 

Blijf op de hoogte van mijn parlementaire initiatieven.

Brugge

Studie ‘Optimalisatie van de verkeersknoop Vandammesluis’

Studie 'Optimalisatie van de verkeersknoop Vandammesluis'

Het stadsbestuur van Brugge werkt voor de uitvoering van zijn mobiliteitsbeleid nauw samen met de Vlaamse overheid. In 2021 leidde dit tot engagementen van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) om diverse nieuwe studies in het vooruitzicht te stellen. De opstart van de studie ‘Optimalisatie van de verkeersknoop Vandammesluis, i.c. de opmaak van een startnota en een projectnota’ staat gepland voor dit jaar. Een getrapte studie wordt in het vooruitzicht gesteld.

In de fase van de startnota wordt het concept voor een herinrichting onderzocht. Daarbij ligt de focus op twee grote type-oplossingen: een tunnel en een gelijkvloerse herinrichting. In de projectnota-fase zal het concept dat de voorkeur krijgt vervolgens nader worden uitgewerkt.

Uit het antwoord van de minister blijkt dat de studie dit jaar nog uitbesteed zal worden. Hoe sneller een ontwerper kan worden aangesteld, hoe sneller de opdracht kan starten. De minister liet weten dat bij een vlot verloop van de studie de startnota een 9-tal maand voorbereiding zal behoeven en de voor de projectnota geldt een zelfde termijn.

Hieronder mijn vraag en het antwoord van de minister.

Wil je meer weten over mijn parlementaire initiatieven? Klik hier.

Brugge

Veiligheid op jaagpaden

Steeds meer speedpedelecs en elektrische fietsen maken gebruik van onze jaagpaden. Vaak omdat die jaagpaden ook deel uitmaken van ons fietssnelwegennetwerk. De jaagpaden zijn echter niet exclusief voor fietsers, maar een grotere groep verschillende weggebruikers is er te vinden. In het kader van een modal shift is dit een goed teken, maar het leidt bij sommige burgers tot bezorgdheid over de veiligheid van de jaagpaden. Ik stelde minister Peeters daarom enkele vragen hierover.

Veiligheid op jaagpaden

Zoals gesteld tijdens de commissievergadering van 23 juni jl., neemt het aantal speedpedelecs toe. Zo ook op jaagpaden die deel uitmaken van het fietssnelwegennetwerk. Daar maken ze deel uit van een grotere groep verschillende weggebruikers. In het kader van een modal shift is dit een zeer goed teken, maar het leidt bij sommige burgers tot bezorgdheid over de veiligheid van deze jaagpaden.

Tegenover deze bezorgdheid was de minister tijdens de commissievergadering ook zeer erkentelijk. Ze liet toen uitschijnen dat een nieuwe studie in opmaak is die het huidige gebruik van de jaagpaden in Vlaanderen beter in beeld zal brengen. Mede op basis van een grootschalige individuele bevraging en tal van bilaterale gesprekken met stakeholderbewegingen zou deze studie tot stand komen. De Fietsersbond, de Wielrijdersbond, De Vlaamse Waterweg (DVW), de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en de provincies zijn enkele stakeholders die al mee aan boord waren. Ook liet de minister vallen dat de studie in september 2022 afgerond zou zijn.

Uit het antwoord van de minister blijkt de studie nog in opmaak, maar de resultaten mogen we verwachten in het najaar.

Hieronder kan u mijn vragen, alsook de antwoorden van de minister terugvinden.

Brugge

210 kilometer aan nieuwe fietssnelwegen in Vlaanderen

Op 15 maart 2018 werd de uitrol van een netwerk van fietssnelwegen vastgelegd in een ministerieel besluit (MB) door de Vlaamse Regering (Regering Bourgeois). Vlaanderen zou zo’n 129 fietsostrades, oftewel 2.400 kilometer, aan fietssnelwegen bijkrijgen. Het doel? Meer mensen op de fiets krijgen.

Fietssnelwegen

Dit lijkt ook te lukken. Tijdens de commissie mobiliteit in het Vlaams Parlement kwam het stijgend gebruik van jaagpaden en fietssnelwegen reeds enkele malen aan bod en ook in de plenaire vergadering werd daarover gedebatteerd. De minister en parlementsleden verwezen toen naar het toegenomen gebruik door een heel divers publiek: wielertoeristen, speedpedelecs, amateurfietsers, gewone fietsers, wandelaars, enzovoort.

Uit een schriftelijke vraag van Vlaams parlementslid Mercedes Van Volcem (Open vld) aan minister Peeters, blijkt dat deze legislatuur alvast zo’n 210 kilometer aan nieuwe fietssnelwegen gerealiseerd is. “We hebben nog een lange weg te gaan, maar de eerste stappen in de uitrol van dit netwerk zijn nu gezet”, zegt Mercedes Van Volcem, tevens ook schepen van openbaar domein in de stad Brugge. “De Vlaamse Regering streeft ernaar deze legislatuur nog werk te maken van een heuse modal shift. Het regeerakkoord spreekt van een aandeel duurzame modi van 40%. De uitrol van dit netwerk fietssnelwegen is hiervoor zeker een goede zaak”, sluit Van Volcem af.

De 210 kilometer nieuwe fietssnelwegen worden overigens samengeteld bij de 1.598 kilometer aan stukken fietssnelweg waarvan de conformiteit  beschouwd  kan worden als netwerk dat al gerealiseerd is. Hieronder een overzicht van de reeds gerealiseerde 1.598 kilometers per provincie. Groene en oranje wegen zijn conform.

Fietssnelwegen

De fietsostrades moeten steden en woonkernen met elkaar verbinden. Ze liggen langs rechtlijnige infrastructuur, zoals spoorwegen of kanalen, en gaan bij voorkeur over vrijliggende fietspaden of jaagpaden. Deze zijn uitgerust met kwalitatief hoogwaardige infrastructuur. Hierdoor kunnen fietsverplaatsingen op een snelle en veilige manier afgelegd worden. Daarnaast vormt de fiets zo ook voor een langere afstand een volwaardig alternatief op de auto voor afstanden tot 20 à 30 kilometer.

Vind hier mijn vraag aan de minister:

Vind hier het antwoord van de minister:

Brugge

Mercedes Van Volcem: midibussen en hernieuwde stelplaats in Brugge operationeel in 2023

Tijdens de commissie Mobiliteit en Openbare Werken in het Vlaams Parlement deze middag vond een gedachtewisseling plaats over het jaarverslag 2021 van De Lijn. Het jaarverslag 2021 geeft een overzicht van de activiteiten en het beleid van de Vlaamse Vervoermaatschappij. Naast cijfergegevens over het personeel en de vloot geeft het ook inzicht in de jaarrekening. Omdat ik al gedurende lange tijd pleit voor een duurzame oplossing om de stadskern in Brugge emissievrij te bedienen, is deze gedachtewisseling in het bijzonder interessant.

Uit de presentatie van de heer Johan Sauwens en mevrouw Ann Schoubs viel op te maken dat De Lijn een prioriteit maakt van de vergroening van de vloot en stelplaatsen. Het plan van aanpak zal in 3 fases uitgerold worden.

Tijdens de exploratiefase worden diverse pilootprojecten opgezet waarvan de zeven emissievrije midibussen in Brugge onderdeel zijn. Ten laatste in 2023 zullen zowel de bussen als de stelplaats hiervoor operationeel zijn.

De Uitrolfase wordt voorzien tussen 2028 en 2035. Dan wil De Lijn haar elektrische vloot hebben uitgebreid tot 1.657 voertuigen met 69 stelplaatsen.

Lees hier meer over de elektrische midibussen die we weldra zullen verwelkomen in Brugge.

Vind hieronder de presentatie die deze middag tijdens de commissie Mobiliteit en Openbare Werken werd toegelicht.

Brugge

Voortgang sluis Zeebrugge en onteigening rond zeesluis

BRUGGE – Het dossier rond de nieuwe sluis in Zeebrugge volg ik van kortbij op. Minister Lydia Peeters stuurde mij vandaag het antwoord op een schriftelijke vraag.

De nieuwe sluis in Zeebrugge wordt een hefboom voor haven en regio. Hiermee maakt de Vlaamse Overheid de omgeving klaar voor de toekomst. Momenteel bevindt het project zich in de uitwerkingsfase en zoals op de website van het project te lezen staat, zou tegen het einde van dit jaar de keuze van het inrichtingsalternatief bepaald worden. Ongetwijfeld een belangrijke mijlpaal en een cruciale stap in de richting van de uitvoeringsfase.

Het project roept echter ook een aantal bezorgdheden op die via participatiemomenten en andere kanalen tot bij ministers Peeters geraakten. Uit het antwoord van de minister op mijn schriftelijke vraag rond dit project blijkt dat tegen de zomer meer duidelijkheid zal komen. Momenteel wordt een grotere onteigeningszone rond de zeesluis onderzocht.

Ik blijf aandringen op de voortgang en bouw van de nieuwe Zeesluis!

Meer weten over de nieuwe zeesluis? Klik hier.

Vind hieronder mijn vraag en antwoord van de minister.

Brugge

Zo’n 800 laadpunten op weg naar Brugge

BRUGGE – De uitrol van meer Vlaamse laadpunten volg ik van nabij op. Ik ondervraag de minister dan ook regelmatig over de stand van zaken van dit dossier.

Elektrische wagens

Uit een antwoord van minister Lydia Peeters op mijn schriftelijke vraag bleek dat in de stad Brugge zo’n  800 laadpunten of charge point equivalents zullen moeten komen. Hiermee verwijst ze naar de potentieelkaarten die met lokale besturen gedeeld werden.

De plankaarten waarbij potentiële locaties worden geplot, zijn bedoeld als werkinstrument. Binnen een studie werd al een deel van de behoeften vertaald naar locaties in de digitale kaarten (enkel toegankelijk met een persoonlijke account), maar de definitieve exacte aanduiding zal plaatsvinden tijdens de uitvoering van de toekomstige concessie.

Naast de eerste zeven elektrische minibussen, maakt Brugge werk van haar ambitie om een snelle elektrificatie van het wegennet te bewerkstelligen.

Lees hier meer over de uitrol van de Vlaamse laadinfrastructuur.

Wil je meer weten over het laden van elektrische en hybride voertuigen in Brugge? Lees het hier.

Mijn vraag aan de minister:

Het antwoord van de minister:

Brugge

Snellere elektrificatie van het wagenpark?

BRUSSEL – Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare werken Lydia Peeters (OpenVLD) bezorgde lokale besturen potentieelkaarten om de ontwikkeling van de laadinfrastructuur te versnellen. De potentieelkaarten tonen de mogelijke locaties voor nieuwe laadpunten. Hiermee moeten lokale besturen snel en eenvoudig kunnen beslissen waar de laadinfrastructuur moet komen. Een boost voor een snellere elektrificatie van het wagenpark in Vlaanderen.

Mercedes Van Volcem

Mercedes Van Volcem pleit al langer voor een snellere uitrol van de laadinfrastructuur in Vlaanderen. Hierover stelde ze reeds verschillende malen vragen aan de minister. Daar wordt nu ook gehoor aan gegeven. De eerste stap om tegen 2025 Vlaanderen te voorzien van 35.000 laadpalen lijkt nu ook effectief gezet.

Naast de potentieelkaarten werden ook de toekomstige behoeften aan laadinfrastructuur in kaart gebracht. Antwerpen zal tegen 2025 3.053 nieuwe laadpunten nodig hebben. Gent zal er 1.716 behoeven en Leuven 802. In Hasselt en Brugge zullen er respectievelijk 418 en 809 voorzien moeten worden.

Digitaal Loket             
Men zal ook hun aanvraag voor nieuwe laadinfrastructuur kunnen indienen via een digitaal loket. Daar zal dan onmiddellijk gezien worden waar de meest geschikte locatie zich bevindt. Er zal worden gestreefd naar een laadpunt op maximaal 250 meter van de woonst.

7.000 extra laadpalen         
“Proximus en Fluvius kondigden recent aan dat ze een proefproject willen opstarten om nutskasten van Proximus om te vormen tot laadpunten. Door de uitrol van het glasvezelnetwerk zou er ruimte vrijkomen in de bestaande nutskasten om die bijkomende infrastructuur te voorzien.” Zo stelt Mercedes Van Volcem aan minister Peeters.

“Volgens de beide ondernemingen zouden zowat 3500 van de 28.000 nutskasten op een eenvoudige manier kunnen worden omgevormd zonder al te veel grote graafwerken.” Aldus Mercedes Van Volcem. “Op die manier zouden er 7000 bijkomende laadpunten kunnen worden gerealiseerd binnen een periode van anderhalf jaar. Dat zou een belangrijke versnelling kunnen betekenen in de uitrol van laadinfrastructuur over heel Vlaanderen.”